Onder
het motto “uit de oude doos” volgen op mijn blogje enkele herwerkte teksten die
ik zelf geschreven heb tijdens mijn studies. Een eerste stuk handelt over
pseudowetenschappen. Elke tekst werd geïnspireerd door wetenschappers die het
onderwerp vol enthousiasme op een groep studenten overbrachten tijdens het vak
bio-ethiek gedurende mijn bachelorjaren.
Over pseudowetenschappen, bijgeloof en slechte wetenschap
Volgens
onze trouwe Wikipedia is pseudowetenschap de benaming voor een stelsel van
opvattingen of handelingen dat de toets van een wetenschappelijke methode niet
doorstaat maar waarvan de aanhangers toch beweren of suggereren dat het om
wetenschap handelt. Al in de middeleeuwen waren kwakzalvers een bekend
fenomeen: duistere figuren die op straat hun zalfjes en drankjes probeerden te
verkopen in de hoop zo snel geld te verdienen. Ondanks de grote vooruitgang van
de wetenschap sindsdien zijn ook nu nog tal van voorbeelden van
pseudowetenschappen en bijgeloof te vinden: creationisme, ufologie, psychoanalyse,
koude kernfusie, … al deze omstreden theorieën of opvattingen kunnen ondanks
intensief onderzoek niet bewezen worden.
Boven: het 'gezicht op Mars', onder: beeld uit het eerste 'Bigfoot' filmpje |
Vele
theorieën krijgen initieel heel wat tegenwind, zoals bijvoorbeeld het
heliocentrisme (de zon als middelpunten van ons zonnestelsel), maar kunnen pas
na intensief onderzoek door gekwalificeerde wetenschappers alsnog bevestigd
worden. Pseudowetenschappen daarentegen doorstaan de test der wetenschap niet.
Vaak worden de beweringen niet of amper gestaafd door wetenschappelijk
onderzoek en is de bron twijfelachtig. Als deze bron daarbij ook nog beweert
dat de wetenschappelijke wereld de ontdekking in de doofpot wil stoppen, het
denkbeeld een aanval is op bestaande wetenschap of iemand de ontdekking op zijn
eentje gedaan heeft, verdient de bewering alvast de nodige argwaan. Toch
geloven mensen maar al te graag vele van deze ongelofelijke beweringen. Zo zijn
er nog steeds mensen die geloven dat bigfoot weldegelijk bestaat, zelfs nadat
de makers van het oorspronkelijke filmpje toegaven dat het om een grap ging.
Maar waarom geloven we zo graag in het ongelofelijke? Is het eigen aan onze
menselijke natuur?
Bedrogen door ons eigen brein
Ons
brein blijkt, niet verwonderlijk, een belangrijke rol te spelen in al dit
bijgeloof. We zijn geprogrammeerd om alle informatie die we binnenkrijgen te
verwerken tot iets dat we kunnen bevatten of herkennen. Daarom herkennen we
makkelijk een gezicht in één van de eerste, korrelige foto’s van het
Marsoppervlak, en horen we maar al te graag satanische versen in omgekeerde
afgespeelde muziek (zoals bijvoorbeeld hier).
Als iemand informatie krijgt die ingaat tegen zijn opvattingen of geloof,
krijgt die persoon daarenboven vaak een gevoel dat cognitieve dissonantie heet. Dit is de onaangename spanning die
ontstaat bij het kennis nemen van feiten of opvattingen die strijdig zijn met
je eigen mening. Het is dan ook makkelijker voor onze hersenen om te blijven
geloven dat homeopathie werkt of dat aliëns de aarde bezoeken dan om dat
denkpatroon te veranderen. Verder speelt ook een proces dat operante conditionering heet een
belangrijke rol. We leren al van jongs af aan dat al onze acties gevolgen
hebben. Die gevolgen kunnen positief zijn (als ik luister naar mama krijg ik
een koekje) of negatief zijn (als ik een warm strijkijzer aanraak doet dat pijn).
Gedrag dat positieve gevolgen heeft, zullen we gaan herhalen. Dit heet
positieve versterking. Veel vormen van bijgeloof en pseudowetenschappen kennen
dit fenomeen. Als je eenmaal denkt dat je een UFO gezien hebt en je krijgt
daarvoor veel positieve aandacht, zal je veel sneller opnieuw een UFO ‘zien’ om
die positieve aandacht opnieuw te ervaren.
‘Ons brein is geprogrammeerd om alle informatie die we
binnenkrijgen te verwerken tot iets dat we kunnen bevatten of herkennen’
Een
goed voorbeeld van positieve versterking is dat van een vrouw die naar de
dokter gaat voor een beschadigde zenuw. Die dokter onderzoekt de klacht en
gebaseerd op zijn opleiding en ervaring concludeert hij dat de beschadigde
zenuw vanzelf zal herstellen, maar dat de pijn enkele weken zal aanhouden. Op
aanraden van een vriendin gaat de vrouw echter op bezoek bij een acupuncturist.
Die luistert en behandelt haar, waarop de vrouw voldaan en gesteund naar huis
vertrekt. Haar klachten verdwijnen en ze vertelt iedereen hoe goed acupunctuur
werkt. Wanneer iemand vraagt of de pijn dan onmiddellijk weg was, zegt ze dat
de behandeling enkele weken geduurd heeft. Even lang als de dokter voorspeld
had dus. De positieve bekrachtiging hier is de empathie van de vriendin en het
gevoel zelf iets aan haar pijn te kunnen doen in plaats van lijdzaam te
wachten.
De
mate waarin iemand beïnvloed wordt door bijgeloof is afhankelijk van enkele belangrijke
factoren. Allereerst is er de intelligentie en opleidingsgraad van een persoon.
Iemand die hogere studies genoten heeft of in het algemeen een hogere
intelligentie heeft, zal sceptischer staan ten opzichte van
pseudowetenschappen. Ook de omstandigheden waarin de persoon zich bevindt zijn
belangrijk. Iemand die geen andere uitweg meer ziet of ongelukkig is, zal zich
sneller laten beïnvloeden door bijgeloof. Ten slotte is er nog de
interne/externe locus, een term uit de psychologie waarmee de mate wordt
aangeduid waarin iemand de oorzaken van wat hem overkomt bij zichtzelf of juist
buiten zichzelf zoekt. Locus of control is een eigenschap van iemands
persoonlijkheid en vooral mensen met een externe locus zijn zeer beïnvloedbaar.
Al deze factoren hebben natuurlijk ook een invloed op elkaar. Iemand met een
externe locus die gelukkig is en geen gezondheidsproblemen heeft, zal niet
noodzakelijk zijn toevlucht zoeken tot homeopathie. Daartegenover staat dat een
intelligent iemand met een hoofdzakelijk externe locus er ook van overtuigd kan
raken dat intelligent buitenaards leven onze aarde bezoekt.
Volgens Michael Shermer, oprichter van de Skeptic Society, gaat het hem vooral om de simpliciteit van de theorie rond pseudowetenschappen. Mensen zijn veel meer geneigd een simpele uitleg te volgen dan een verklaring die ze zelf niet begrijpen. Verder is hij ervan overtuigd dat mensen vooral wíllen geloven in rare dingen. 'It feels good. It is comforting. It is consoling.' Een interessant filmpje van zijn hand dat naadloos aansluit bij dit onderwerp is 'The baloney detection kit', waarmee je zelf kan leren hoe je ongeloofwaardige beweringen herkent:
Wie heeft er dan wel gelijk?
Of
het nu gaat om homeopathie, ufologie, anti-vaccinatie, waarzeggerij, … het is allemaal
gebaseerd op de beïnvloedbaarheid van het menselijke brein. We zijn
geprogrammeerd om overal logische patronen in te herkennen (en maar best ook!),
worden al van kleins af aan geleid door positieve versterking en zijn niet snel
geneigd onze mening te herzien. Dit alles heeft ons millennia helpen overleven
en ontwikkelen tot de maatschappij die we nu zijn. Toch is het belangrijk
kritisch na te denken over de informatie die we van buitenaf krijgen, en dan
bedoel ik niet alleen over pseudowetenschappen. Geloof niet zomaar alles wat
wetenschappers je voorschotelen, denk twee keer na over wat die politicus zegt
en stel jezelf vooral veel vragen. Als iets te goed om waar te zijn lijkt,
dan is het dat waarschijnlijk ook.
Verder lezen?
o
Inclusief onderwerp op het forum dat ik
zelf ben opgestart toen ik aan dit stuk werkte in 2008 (en dat af en toe een
beetje uit de hand liep): http://forum.skepp.be/viewtopic.php?t=1457
-
Boeken:
o
The God
Delusion – Richard Dawkins
o
Why people
believe weird things – Michael Shermer
o Bad science – Ben Goldacre